dinsdag 10 december 2013

1. Demografie (vervolg 2)

Deze 25 gulden zijn uitbetaald (19 juli 1697) en zijn terug te vinden in de stadsrekeningen. Tevens een kwitantie die met 'HA' ondertekend is en waarvan de tekst uitermate moeilijk te lezen is.







Die tekst ziet er als volgt uit:(46)

Ook de tweede ‘gunst’ wordt verleend, namelijk het vervoeren van de ‘meubilen’ van Abcoude naar Montfoort. Dit blijkt uit de kwitantie van 28 mei 1697 met de volgende tekst:
De 12 gulden wordt door de burgemeester Speijert voldaan. Deze kwitantie is ongetwijfeld door een ‘vervoerder’ opgesteld. De kwitantie wordt in ieder geval ondertekend door Franck Obijn en later zullen we lezen dat hij schipper was.

Hoewel men in Montfoort geen register bijhield van de personen die de stad inkwamen, is het zeker dat de stroom nieuwkomers in de achttiende eeuw sterk toenam. Dit is af te leiden uit het groeiend aantal personen dat een akte van indemniteit aan het gemeentebestuur moest overleggen. Met zo’n akte beloofde de plaats van herkomst hulp te geven aan de betreffende persoon in geval deze tot armoede zou geraken.

Een voorbeeld treffen we aan op 5 december 1718. Dan komt Maria, een dochter van Henric, weer met haar gezin terug in Montfoort. Echter niet zo maar en zonder problemen. Dit valt te lezen in de besluiten van de vroedschap:(47)

Een tekst die duidelijk is en waarin ook goed staat omschreven wat een ‘acte van indemniteijt’ precies inhoudt.
Nog enige informatie over dit soort akte.

Het ontstaan en het gebruik van deze acten dient geplaatst te worden in het kader van de armenzorg in de Republiek. De zorg voor de armen was in de tijd van de Republiek de taak van lokale armbesturen: het bestuur van een gerecht of een kerkelijk armbestuur. Zij waren verantwoordelijk voor de bedeling van de armen in hun ‘territorium’: een gerecht, een kerkelijke gemeente of een parochie. Tot het vierde kwart van de 17e eeuw was het regel dat de geboorteplaats van een armlastige opdraaide voor zijn levenonderhoud.

In het gewest Holland werd in 1682 met deze regel gebroken. Op 8 augustus van dat jaar namen de Staten van Holland het besluit, dat vanaf dat moment iedereen die langer dan één jaar in het territorium van een bepaald armbestuur woonde, in geval van armlastigheid door dat armbestuur onderhouden zou moeten worden. Dit kon niet verhaald worden op de geboorteplaats van de betrokkene. Andere gewesten namen ook dergelijke besluiten.

De lokale armbesturen vonden een middel om deze bepaling te omzeilen: men eiste van iemand die zich in hun territorium wilde vestigen een door de plaats van geboorte uitgegeven acte van schadeloosstelling. De geboorteplaats beloofde hierin, dat zij de kosten van bedeling zou dragen indien de in de acte genoemde perso(o)n(en) armlastig zou worden. In Holland en Utrecht sprak men algemeen over een ‘acte van indemniteit’.

Als we dan teruggaan naar de besluiten van de raad in Montfoort, dan verzoekt de raad een akte van de twee kinderen van Hendrick Kock en Maria.
M.i. niet geheel juist omdat het eerste kind te Montfoort is geboren en daardoor automatisch recht heeft op verzorging van de stad Montfoort. Het feit dat in de notulen de namen en leeftijden van de kinderen niet worden genoemd, wijst er misschien op dat bij de raad niet bekend was dat één van de kinderen in Montfoort was geboren. Enfin, Hendrick zorgt in ieder geval voor een oplossing door borg te staan voor de twee kinderen.

Vooral na 1740 kwamen er meer mensen naar de stad die geen akte bezaten. Na herhaalde, zonder resultaat gebleven, verzoeken van de vroedschap tot inlevering, werden zij gesommeerd de stad te verlaten. Ondanks dat de stad de akten niet nauwkeurig bijhield, is het groeiend aantal berichten over akten van indemniteit een indicatie voor een immigratieoverschot in Montfoort.



46 GAM 1465.
47 GAM 36-39: Doorlopend berichten over akten van indemniteit.


Geen opmerkingen:

Een reactie posten